Naar Raad van State tegen GAS

31 mei 2012

De Liga voor Mensenrechten heeft op vrijdag 25 mei bij de Raad van State 4 verzoekschriften ingediend tegen de uitbreiding van de GAS-reglementen van Brugge, Hasselt, Zonhoven en Diepenbeek. De Liga vraagt de vernietiging van het politiereglement van de Stad Brugge waarbij een alcoholconsumptieverbod op straat werd ingevoerd en van de gewijzigde politiecodex van politiezone Hazodi waarbij onder meer een verbod tot het slepen van dozen en het zitten op rugleuningen van bankjes strafbaar wordt gesteld met gemeentelijke administratieve sancties. Volgens de Liga voldoen de nieuwe bepalingen niet aan de vereiste beginselen van behoorlijk bestuur, waaronder het legaliteitsbeginsel, het  evenredigheidsbeginsel en het rechtszekerheidsbeginsel.

Lokale besturen kunnen op basis van artikel 119bis N.Gem.W. voorzien in straffen en administratieve sancties voor overtredingen van hun reglementen of verordeningen, tenzij  dezelfde overtredingen reeds door een hogere rechtsnorm worden strafbaar gesteld. Dat Brugge en Hazodi een  alcoholconsumptieverbod op straat invoeren in de strijd tegen openbare overlast is volgens de Liga overbodig gezien de Besluitwet betreffende de beteugeling van de dronkenschap van 18 november 1939 reeds straffen voorziet voor het in dronken toestand veroorzaken van wanorde, schandaal of gevaar voor zichzelf en/of anderen.

Bovendien zijn het Brugse alcoholconsumptieverbod, en tal van bepalingen uit de gewijzigde politiecodex van zone Hazodi, buitensporig, gelet op het doel dat ze willen dienen. Een overlastprobleem in de Brugse Kuipersstraat kan geenszins een alcoholconsumptieverbod in 43 straten van de Brugse binnenstad verantwoorden. Hasselt, Zonhoven en Diepenbeek tonen zelfs op geen enkele wijze aan dat zij op hun grondgebied geconfronteerd worden met alcoholgerelateerde overlast.

Het politiereglement van de zone Hazodi bevat zodanig vage en niet precieze bepalingen dat burgers niet weten waaraan zich te verwachten. Zo kunnen administratieve boetes worden opgelegd wanneer iemand zich ophoudt op een “voor anderen hinderlijke wijze” of voor het “oneigenlijk bevuilen” van speeltuigen. “De tekst van het reglement laat na te bepalen wat daar precies onder kan worden verstaan. Het is onduidelijk wanneer er van verstoring sprake zal zijn. Wat voor de ene storend is, is dat niet noodzakelijk voor de andere” aldus de Liga in haar verzoekschrift.

Gelijktijdig met het indienen van de verzoekschriften formuleerde de Liga haar fundamentele kritieken en aanbevelingen omtrent het GAS-beleid. Hiertoe werd een nota verspreid naar alle politieke fracties.

 

Contactpersoon: Caroline De Geest

Deel dit artikel

   

Reageer

Reacties worden gemodereerd. Onaanvaardbare inhoud wordt niet gepubliceerd.