De nieuwe gevangenis in Beveren: weer geen keuze voor zinvolle detentie

21 februari 2014

Dit weekend werd de nieuwe gevangenis in Beveren geopend. Het is jammer dat België hierbij de kans heeft laten liggen om te kiezen voor zinvolle detentie. De Liga voor Mensenrechten ijvert mee voor een zinvolle detentie, waar re-integratie, kleinschaligheid en differentiatie voorop staan.

Dat België en zijn gevangeniswezen niet de beste vrienden zijn, is een understatement. België stapelt wat dat betreft de veroordelingen op. De problemen in de Belgische gevangenissen zijn talrijk: overbevolking, gebrek aan personeel, stakingen en de afwezigheid van minimumdienstverlening, gebrek aan hygiëne, verouderde infrastructuur, gebrek aan focus op re-integratie, het groot aantal geïnterneerden dat zonder behandeling wegkwijnt in cellen, drugsverslavingen en -handel,…

Op 12 januari 2005 werd de Basiswet betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerden goedgekeurd. In het verleden waren gedetineerden afhankelijk van de gunsten die hen door de penitentiaire ambtenaren werden toegestaan op basis van lang niet altijd duidelijke of objectieve criteria. Deze basiswet creëert nu een rechtspositie voor gedetineerden, zodat hun rechten en plichten duidelijk zijn geregeld en gewaarborgd. De basiswet beoogt een beperking van de detentieschade en onderstreept het belang van een op re-integratie en herstel gerichte straf. Een mooi ideaal, maar het probleem is dat sommige artikelen helemaal niet worden uitgevoerd of eerst worden verstrengd.

Dat was het geval met de wet van juli 2013 betreffende systematische naaktfouilles. Deze wet zorgde ervoor dat de Basiswet onder het mom van veiligheid werd verstrengd. Hoewel men toen stelde dat deze wet Straatsburg zou overleven, overleefde de wet nog niet eens ons eigen Grondwettelijk Hof, dat zich baseerde op rechtspraak uit Straatsburg. Het Hof oordeelde dat het systematisch fouilleren van gedetineerden, zonder precieze verantwoording van zijn gedrag, dan ook op discriminerende wijze afbreuk doet aan het verbod om op een vernederende wijze te worden behandeld.

Een van de redenen waarom de basiswet niet volledig kan worden uitgevoerd is de overbevolking. Dat is inderdaad een gekend en niet te onderschatten probleem. Detentieplanning, re-integratie en een betere werking van het gevangeniswezen zijn factoren die onlosmakelijk het gevolg zullen zijn van een normale bevolkingsgraad in de gevangenis. Er worden ondertussen maatregelen genomen om deze overbevolking aan te pakken. Een daarvan is de capaciteitsuitbreiding van het aantal cellen door de bouw van nieuwe gevangenissen. Gezien de capaciteitsuitbreiding voorzien in het Masterplan en het Masterplan bis onvoldoende zullen zijn, is justitie nu bezig met een Masterplan tris. De Liga voor Mensenrechten, vzw De Huizen en Jes vzw hopen dat er bij de bouw van deze gevangenissen oog is voor een langetermijnvisie waar de gedetineerde en de samenleving beter van worden en de beleidsmakers kiezen voor zinvolle detentie op basis van drie principes: kleinschaligheid, nabijheid en differentiatie.

Dat het anders kan bewijst Noorwegen met bijvoorbeeld het gevangeniseiland Bastøy, waarbij er gekozen werd voor een alternatief voor de gesloten gevangenissen. De filosofie van het gevangenisbeleid is gebaseerd op de gedachten van Baer Haert, een indiaanse spiritueel leider: “Als je een mens behandelt als een beest, wordt hij een beest. Als je een mens als een crimineel behandelt, wordt hij een crimineel. Als je een mens als een mens behandelt, wordt hij een mens.” Daarmee gaat dit beleid in tegen de schreeuw om strengere en zwaardere straffen en dit beleid werpt vruchten af: de gevangenis van Bastøy heeft een van de laagste recidivecijfers in Europa.

Om de gedetineerden voor te bereiden op hun re-integratie en dus de recidive te laten dalen moet er geïnvesteerd worden in deze mensen. Begeleiding is hierbij onontbeerlijk, zowel tijdens maar zeker ook na de detentieperiode. Het huidige systeem van bestraffen komt niet tegemoet aan de noden van de diverse groep gedetineerden en van de maatschappij.

In België staat nochtans een gelijkaardig project in de steigers: Huizen. De Huizen is een verhaal van, door, voor, met en over mensen. De Belgische detentie moet hervormd worden op basis van drie principes: kleinschaligheid, differentiatie en nabijheid. Grote gevangenissen worden geleidelijk vervangen door kleine detentiehuizen, te beginnen bij enkele proefprojecten.

Elke gedetineerde krijgt een eigen individueel planbegeleider. Van bij de opsluiting wordt een oplossingsplan (detentie- en reclasseringsplan) opgemaakt, dat door die planbegeleider wordt opgevolgd. Dit plan tekent onder meer een parcours uit, doorheen verschillende types van detentiehuizen en meteen wordt ook de reclassering voorbereid. Een ander groot verschil met de klassieke gevangenissen is dat de detentiehuizen aansluiten op de buurt. Zij spelen vanuit de herstelgedachte een economische, sociale of culturele rol in hun omgeving. Daardoor is ook de drempel voor hulp- en dienstverlening lager.

Kleinschaligheid betekent dat er minder aandacht naar beheersbaarheid moet gaan en dat er ruimte wordt gemaakt voor een persoonlijke aanpak. Er ontstaat een omgeving die in tegenstelling tot de typische gevangeniscultuur de wederzijdse betrokkenheid en verantwoordelijkheid van gedetineerden én de samenleving stimuleert.

We hopen dus dat België eindelijk kiest voor zinvolle detentie. 99% van de gedetineerden komt terug vrij. Hoe succesvol die vrijheid wordt hangt mede af van de manier waarop gedetineerden behandeld worden en van de bagage die een gedineerde tijdens de detentie meekrijgt. De vraag die we onszelf moeten stellen is: wie heb jij liever naast je wonen? De mens of de crimineel?

Deel dit artikel

   

Reageer

Reacties worden gemodereerd. Onaanvaardbare inhoud wordt niet gepubliceerd.